De verschillen tussen gebruikelijke protonpompinhibitoren
Protonpompremmers (PPI's) zijn veel voorkomende medicijnen die worden gebruikt om aandoeningen zoals chronisch zuurbranden of GERD te behandelen. Zoals geïmpliceerd door de naam, zijn alle PPI's vergelijkbaar met elkaar in hoe ze werken. De doseringen van PPI's zijn over het algemeen eenmaal per dag, omdat de effecten ervan 24 uur moeten duren, en omdat de meeste in de lever worden gemetaboliseerd, moet u vermijden alcohol te drinken terwijl u ze inneemt. Hoewel deze medicijnen vergelijkbaar zijn, verschillen ze wel in de omstandigheden waaronder ze omgaan en hoe ze omgaan met andere medicijnen.
Vergelijking van Common Proton Pump Inhibitors (PPI's)
Hier is een uitgebreide lijst van veel voorkomende protonpompremmers, de aandoeningen die ze behandelen en hoe ze beschikbaar zijn.
AcipHex (raberprazole)
Behandelt peptische en esophageale ulcera, GERD en erosieve esophagitis
Verkrijgbaar op recept
Dexilant (dexlansoprazol)
Behandelt gastro-oesofageale refluxziekte (GERD) en erosieve oesofagitis. Dexilant, evenals Kapidex, kan ook worden gebruikt om te voorkomen dat erosieve esophagitis terugkeert bij patiënten die voor deze aandoening zijn behandeld.
Verkrijgbaar op recept
Nexium (esomeprazol)
Behandel GERD, maag- en maagzweren, erosieve esophagitis en het Zollinger-Ellison-syndroom
Verkrijgbaar op recept en zonder recept verkrijgbaar
Prevacid (lansoprazol)
Behandelt en voorkomt maagzweren, erosieve esophagitis, GERD en Zollinger-Ellison-syndroom
Verkrijgbaar op recept en zonder recept verkrijgbaar
Prilosec (omeprazol)
Behandelt maagzweren, GERD en erosieve esophagitis
Verkrijgbaar op recept en zonder recept verkrijgbaar
Protonix (pantoprazol)
Behandelt erosieve esophagitis en Zollinger-Ellison-syndroom
Verkrijgbaar op recept
Langdurig gebruik van protonpompinhibitoren
Over het algemeen zijn PPI's niet bedoeld om gedurende lange tijd te worden gebruikt, ook al zijn ze vrij verkrijgbaar. Recent onderzoek heeft chronisch gebruik van deze medicijnen geassocieerd met een hartaanval, een nieraandoening en een verhoogd risico op fracturen. Praat altijd met uw arts over de medicijnen die u gebruikt.