Startpagina » Psychologie » Sigmund Freud Termen en concepten

    Sigmund Freud Termen en concepten

    Hoewel het bijna 80 jaar geleden is sinds het overlijden van Sigmund Freud, blijven zijn werk en theorieën tegenwoordig een stempel drukken op de psychologie. Hij wordt vaak beschreven als een van de meest invloedrijke denkers in de geschiedenis van de psychologie, evenals een van de meest controversiële. Hoewel veel van zijn theorieën de tand des tijds niet hebben doorstaan, blijven studenten leren over zijn werk en de invloed die het heeft gehad op psychologie en de huidige benaderingen van de studie van menselijk gedrag..

    Bekijk in deze studiegids een aantal belangrijke onderzoeksvragen over Freud en zijn psychoanalytische theorieën, leer enkele van de belangrijke termen en definities en neem een ​​korte quiz om je begrip te testen.

    Wat zijn de componenten van de bewuste geest?

    Psychoanalyticus Sigmund Freud verdeelde de bewuste geest in drie componenten: het bewuste, het voorbewuste en het onbewuste. Het onderbewustzijn omvat alle dingen waarvan we ons niet bewust zijn, maar het kan worden onthuld door dingen zoals dromen en Freudiaanse slips.

    Hoeveel delen van persoonlijkheid zijn er en hoe communiceren ze?

    • De drie delen van de persoonlijkheid zijn de id, het ego en het superego.
    • De ID werkt op basis van het plezierprincipe.
    • Het ego werkt op basis van het realiteitsbeginsel.
    • Het superego dient als bron van morele angst en bevat zowel het ego-ideaal als het geweten.
    • Het doel van het ego is om te bemiddelen tussen de eisen van de id, het superego en de realiteit. Vanwege het conflict tussen deze drie krachten kan ego-angst optreden. Om het hoofd te bieden aan deze angst, vertrouwt het ego op verdedigingsmechanismen.

    Stadia van persoonlijkheidsontwikkeling

    • Freud suggereerde dat persoonlijkheid het resultaat is van vijf stadia van psychoseksuele ontwikkeling, die zijn: het orale stadium (gedomineerd door het id), het anale stadium (het ego wordt gevormd), het fallische stadium (het superego verschijnt), latentie (een fase gemarkeerd door seksuele repressie) en het genitale stadium (seksuele gevoelens reemerge).
    • Wanneer een persoon in een bepaald stadium van ontwikkeling "vastzit", kan dit leiden tot fixatie. Als gevolg hiervan wordt de volwassen persoonlijkheid gekenmerkt door onvolkomenheden die nooit zijn opgelost tijdens de kindertijd.
    • Tijdens de fallische fase van ontwikkeling, genereren het oedipale complex en het Electra-complex angst. Deze complexen worden gekenmerkt door seksuele gevoelens tegenover de ouder van het andere geslacht. Om deze angst op te lossen, identificeren kinderen zich vervolgens met hun ouder van hetzelfde geslacht.

    Wie waren de neo-freudianen en hoe verschilden hun theorieën van die van Freud?

    • De Neo-Freudians omvatten Karen Horney, Alfred Adler en Erik Erikson.
    • Horney verwierp Freuds notie van penisnijd en presenteerde haar eigen theorie die was gericht op elementaire angsten en neurotische behoeften.
    • Adler ontwikkelde een theorie gebaseerd op de veronderstelling dat gevoelens van minderwaardigheid de drijvende kracht achter het menselijk gedrag waren.
    • Erikson creëerde een theorie van ontwikkeling die de hele levensduur bestreek en die zich concentreerde op sociale relaties.

    Freudiaanse voorwaarden en definities die u moet weten

    Voordat je dat belangrijke examen aflegt in je persoonlijkheidspsychologie, zijn er een aantal termen en definities gerelateerd aan Freud en psychoanalyse die je zou moeten begrijpen. Enkele van de belangrijkste zijn:

    • Bewuste geest
    • voorbewust
    • Onbewuste geest
    • ID kaart
    • ego
    • Superego
    • Libido
    • Plezier principe
    • Werkelijkheidsprincipe
    • Primair proces
    • Secundair proces
    • Ego ideaal
    • Geweten
    • Freudiaanse slip